Vrijwilliger in de kijker: Moniek en Wim

Vrijwilliger in de kijker

Present bestaat al 60 jaar voor, maar ook door vrijwilligers. Jij bent het kloppend hart van onze organisatie en steekt je handen uit de mouwen voor je voorziening. Het was voor ons dan ook vanzelfsprekend dat jullie de kern zouden vormen van deze jubileumeditie van Vitamine C.

De afgelopen weken reisden we door heel Vlaanderen om prachtige vrijwilligers te ontmoeten. We kregen een kijkje in tal van vrijwilligerswerkingen: kinderdagverblijven, ziekenhuizen, psychiatrische instellingen, woonzorgcentra en voorzieningen voor mensen met een beperking. Telkens werden we geraakt door de mooie verhalen die de vrijwilligers met ons deelden. Dus: bedankt. Bedankt voor je inzet, voor je warme aanwezigheid en voor het wezenlijke verschil dat je maakt. Bedankt dat je samen met ons bouwt aan een warme zorg. We wensen je veel leesplezier met dit interview met Moniek en Wim van Ons Tehuis Brabant!

Welke taken doe jij hier als vrijwilliger, Moniek?

Moniek: Ik ben al dertien jaar vrijwilliger hier in OTB. Ik geef lezen en schrijven. Zo leer ik de bewoners lezen en schrijven zonder fouten. Een paar van onze bewoners werken ook met de computer, met het programma Wai Not. Dat is een speciaal programma voor mensen die moeite hebben met deze vaardigheden. Daarin kunnen ze kiezen over welk thema ze graag willen lezen: het nieuws, de voetbal of een recept bekijken.

Sommigen, zoals Wim, brengen intussen hun eigen boekje mee. Ze krijgen ook boekjes van hier die ze kunnen uitlenen om zelfstandig te oefenen. Het niveau varieert, voor sommigen is dat lezen zoals in het eerste studiejaar, voor anderen gaat dat vlotter. Wim volgde ook heel lang lees- en schrijfles bij mij. Lezen doen we vaak samen, maar ook schrijven in zijn dagboek. Hij schrijft graag zijn dagelijks leven op, zodat hij niets vergeet. Dan schrijft hij over wat hij die week gedaan heeft of hoe zijn dag thuis was. En als hij geen zin heeft in lezen of schrijven, dan zit hij de hele tijd te vertellen over vroeger, hé Wim? Sommige bewoners moeten eerder teksten overschrijven zonder fouten om te oefenen, maar Wim schrijft liever zijn eigen teksten.

Wim: Ja, ik ben bezig met een boek, mijn levensverhaal. Een van de begeleiders helpt mij bij het uitwerken. Ik wil mijn verhaal graag delen met studenten die hier zouden willen werken, zodat ze leren over ons. Ik schrijf ook veel over mijn familie.

Is dat hoe jullie elkaar hebben leren kennen?

Moniek: Nee, ik ken Wim al sinds zijn geboorte. Wij woonden een straat verder, we waren buren.

Wim: Ja, ik ken Moniek al heel lang, sinds ik kind was. Moniek haar broer was mijn allerbeste speelkameraad van vroeger.

Moniek: Ja, jullie zaten samen in de klas.

Wim: Ik ben hier al sinds 1982, sinds ik twintig was. Ik ben nu 62. Ik heb zelfs het lintje mogen doorknippen bij de opening! Ik heb heel veel mensen hier zien passeren en mensen zien gaan. Van gasten en van begeleiders. Zeker hier in de woning.

Ben jij dan leerkracht geweest, dat jij deze taak doet?

Moniek: Nee, nooit. Het is daarom dat het in het begin wel moeilijk was, want hoe begin je daaraan? Hoe moet ik ze leren lezen? Ik vond dat echt moeilijk.

Wat vind je het leukste aan je vrijwilligerswerk?

Moniek: Het gaf veel voldoening om iemand te helpen en ook week na week de vorderingen te zien in hun lees- en schrijfvaardigheid. Wanneer de gasten het spijtig vonden dat hun lesuurtje voorbij was en ze vroegen of ik volgende week toch terug kwam, dan was dat een hartverwarmend compliment.

Ik deed het lezen en schrijven graag, maar na dertien jaar heb ik toch besloten om hier een andere taak te doen, dus nu doe ik Semi. Semi is de naam van ons semi-industrieel atelier. Daar gebeurt vanalles. Zo zijn er doeken van de ziekenhuizen van Vilvoorde Brussel, Leuven, Mechelen en Bonheiden, waar stickers opzitten die onze gasten eraf halen en die daarna geperst worden om autozetels van te maken. Of dan gaan we een keer naar de plantenkwekerij waar ze potjes moeten legen of vullen en onkruid weghalen. Of we gaan eens wandelen met de honden van de plantenkwekerij. Ook zijn we al eens zwerfvuil gaan oprapen in Mechelen en daarna gaan picknicken. In de voormiddag doen we altijd een taak, in de namiddag zijn we op verplaatsing. Ik doe het heel graag. We gaan ook al eens wandelen of zwemmen en we zijn zelfs al eens gaan zeilen in Vilvoorde!

Ja, er wordt plezier gemaakt, gelachen en ook gedanst in atelier Semi. Zelfs als ik praktisch elke dag in Semi sta, vragen ze toch “kom je morgen? En de volgende dagen? En om welk uur ben je hier? En tot hoe laat?” Of als ik niet kom: “Waarom kom je niet?” Je gaat zoveel houden van die gasten, ik zou ze echt niet meer kunnen missen!

Wow, jullie doen hier veel leuke dingen! Wat doe jij hier zoal, Wim?

Wim: Ik krijg elke woensdag pianoles. Een beetje notenleer. Maar ik speel vooral op mijn best zonder noten, zo op gehoor. Ik had een grote droom: pianospelen in een grote concertzaal. En die droom is uitgekomen! Want ik heb met dé Jasper Steverlinck samen mogen spelen. Eerst in Brussel en daarna in Haren. In het begin was het veel oefenen, het was een spannend moment.

Met wat voor groep werk je in Semi, Moniek?

Moniek: De groep bestaat uit 12 à 14 bewoners. Allemaal toffe gasten. Er wordt veel plezier gemaakt, zo moet dat zijn hé.

Wanneer we later het semi-atelier bezoeken, blijkt dat Moniek allesbehalve overdreven heeft. Het enthousiasme waarmee Moniek ontvangen werd door ‘haar’ gasten, toont wat voor een gewaardeerde vrijwilliger ze is!

Hoe ben je hier terecht gekomen?

Moniek: Ik ben gestart in 2010, omdat ik er al veel van gehoord had, en werken met mensen met een beperking me nauw aan het hart ligt. Ik moest iets doen, want dat thuis zitten, daar werd ik gek van. Je krijgt er veel voor terug: voldoening en plezier. Ze komen ook alles vertellen. Het is wel fijn dat ze me zo vertrouwen. Want dan zeggen ze: “dat mag je niet vertellen aan de begeleiding, da’s onder ons hé!” Moest ik dit niet kunnen doen, dan zou alles ineenvallen. Ik zou dit enorm missen.

Met welk gevoel ga je ‘s avonds naar huis?

Moniek: Altijd met een goed gevoel! We worden hier ook wel enorm in de watten gelegd. Ik vind het altijd zo spijtig als de gasten naar huis zijn en de dag om is. Dan praten we nog even na met de vaste begeleiders over onze gasten, over hoe de dag geweest is. Als er problemen zijn, worden die dan ook besproken. Maar er zijn bijna nooit moeilijkheden.

Wat heb je al geleerd van de gasten hier?

Moniek: Heel veel. Maar ook dat je op sommige vragen geen antwoord hebt. Soms vragen ze zich af waarom zij een beperking hebben, dat ze graag kindjes hadden gekregen. Dan vragen ze zich af of ze gestraft zijn... Daar sta je dan. Daar weet ik niet wat op zeggen... Nu weet ik ook wat dat is, mensen met een beperking. Vroeger kende ik dat niet, wist ik niet hoe ze zijn. En hoewel er nu al meer aandacht aan wordt besteed, vind ik dat dat nog steeds te weinig is.

Heb je al mooie herinneringen gemaakt tijdens je vrijwilligerswerk?

Moniek: We zijn ooit eens op uitstap geweest naar Mechelen. Dan zijn we eerst zwerfvuil gaan opruimen en daarna de stad gaan bekijken met de gasten, want ze kenden Mechelen nog niet. We zijn ook iets gaan eten en gaan drinken, dat was een hele fijne dag. Ook het wandelen is heel leuk. Nu ga ik een keer per maand met een andere bewoner wandelen op zondagvoormiddag. Vorige week zijn we naar de markt geweest en daarna moest ze een Duvel hebben. We gaan iets drinken en ik zeg: “Een watertje? Of liever een pintje?” Antwoordt ze: “Nee nee, een Duvel!”

Meer inspiratie